Home » Uncategorized » Referendum: bezint eer ge begint

Referendum: bezint eer ge begint

bigbenHet is nog maar enkele dagen geleden dat de Britse bevolking zich per referendum heeft uitgesproken voor een terugtrekking uit de Europese Unie.
Bij dit referendum waren er twee opties om uit te kiezen: blijven of uittreden.
Inmiddels blijkt dat er onder de Britse bevolking grote onduidelijkheid (en deels ook spijt over de gemaakte keuze) heerst aangaande de implicaties van de gekozen optie: uittreden.

Hieronder wil ik duidelijk maken, waarom ik referenda zoals ze nu gehouden worden bijzonder ongelukkige politieke instrumenten vind, en doe ik een poging, lerend van de huidige situatie, hierin bruikbare suggesties te doen.

De risico’s van een referendum
Het houden van een referendum over een bepaald politiek onderwerp onder de bevolking van een land, is wellicht begrijpelijk (op deze wijze wordt immers de bevolking betrokken bij een bepaald onderwerp), maar is tevens zeer risicovol.
Immers, met alle respect voor de kiezers en hoe kundig zij ongetwijfeld ook zijn in hun eigen werk- of levenssfeer, hun expertise ligt veelal niet bij het onderwerp waarover een referendum gaat.
Het is daarom voor kiezers erg lastig, zo niet onmogelijk, om goed te overzien wat de implicaties en gevolgen zijn van het uitbrengen van een stem voor of tegen een bepaald onderwerp.
Daarbij komt nog dat het voor individuele kiezers lastiger dan voor politici is om een goede afweging te maken tussen het persoonlijke element en het algemeen belang. Ofwel: een goede balans tussen subjectiviteit en objectiviteit.

Dit is er de reden van dat wij leven in een democratie, die parlementair van aard is. Wij brengen onze stem uit op politici van een bepaalde partij, waarin wij ons als kiezers herkennen. Wij schenken daarmee deze politici ons vertrouwen dat zij als professionals, met inzicht in de materie en met overzicht over de gevolgen van eventuele keuzes, te werk gaan.
Zij worden geacht dit te doen, zowel met oog voor het belang van hun kiezers, als het algemeen belang.
Op professionele wijze trachten zij tevens een goede balans te vinden tussen gevoel en verstand.

Al deze punten zie ik gemakkelijk verloren gaan bij een referendum, om de hierboven geschetste redenen.

Wat er nu aan het gebeuren is rond de Brexit lijkt dit alles te onderstrepen (ook voor het Oekraïne-referendum gold dit trouwens).
Wat de Brexit betreft: uit de vele (paniek)reakties achteraf blijkt dat velen niet goed overzien te hebben waar zij voor of tegen stemden, hun keuze al te zeer door korte termijn gevoelens hebben laten bepalen, en zo feitelijk niet tot een afgewogen uitbrengen van hun stem hebben kunnen komen.

Voor mij is het onbegrijpelijk (en dat is overigens in mijn ogen een fout van de politiek geweest), dat een zó belangrijke zaak als het al dan niet lid blijven van de EU zomaar in handen van de bevolking is gelegd.
Dit is hoogst onverantwoordelijk, want het achterliggende punt bij dit alles is natuurlijk dat de EU niet iets is waar we wel eventjes lichtvaardig over kunnen beslissen.
Zijn we dan soms vergeten dat de EU, welke kritiek we er wellicht ook op mogen hebben, een (tot op heden zeer geslaagd) antwoord vormt op de onvoorstelbaar bloedige periodes van oorlog in ons werelddeel, die nog niet zo heel lang achter ons liggen?
De periode van naoorlogse vrede (die wij thans alweer 71 jaar dankbaar mogen beleven), is de langste ooit in Europa sinds de 17e eeuw (en laat deze periode nu nét samenvallen met de oprichting van de EEG en later de EU!).
Ik heb sterk de indruk dat déze overweging, die misschien wel het meeste gewicht in de schaal moet leggen, voor vele Europese burgers niet meer mee lijkt te tellen.
In die zin vormt in mijn ogen het uitschrijven van referenda met als inzet de al dan niet terugtrekking uit de EU een spelen met vuur.

Hoe het anders zou kunnen
Wat opvalt aan het Britse referendum is dat de opties waaruit gekozen kon worden wel heel zwart-wit gekleurd waren.
Er kon enkel gekozen worden uit weggaan of blijven, alsof daar niets tussen zit aan nuances en opties.

Daarnaast verbaas ik mij over de verdere regulering rondom dit referendum: de eenvoudige meerderheid telde.
Nu was het verschil zéér klein (52 tegen 48 procent), en dit kleine verschil bepaalt ondertussen zeer veel.
Waarom gold hier niet de afspraak dat er bijv. op zijn minst een 2/3 meerderheid behaald had moeten zijn om tot uittreden uit de EU over te gaan?
Voor grondwetswijzigingen geldt immers ook een dergelijke bewust ingebouwde verhouding, die voorkomt dat een moment van willekeur of ondoordachtheid tot een keuze leidt waarvan de gevolgen achteraf (en wellicht met verstrekkende implicaties) betreurd worden?

Kortom, wat mij betreft dient er in de toekomst zeer terughoudend omgegaan te worden met het uitschrijven van referenda (of ze misschien wel helemaal af te schaffen), en belangrijke besluitvorming gewoon aan de democratisch gekozen politici over te laten.

Door te stellen dat het allemaal wel meevalt, omdat dit referendum slechts een ”raadgevend referendum” betrof, wordt de zaak overigens gemaskeerd, want voor iedereen is duidelijk dat, ook al was het Engelse referendum raadgevend van aard, de politiek met goed fatsoen niet om de resultaten ervan heen kan.

Mocht er onverhoopt toch voor gekozen worden om referenda voort te laten bestaan, dan wil ik hierbij dringend in overweging geven om nadere regels hierbij te bepalen (bijv. een 2/3 meerderheid geldt), en om de opties waaruit gekozen kan worden drastisch uit te breiden met meerdere, genuanceerde keuzemogelijkheden, waarbij het niet alleen maar ”alles of niets” hoeft te zijn.

Dan wordt bovendien meer recht gedaan aan het doel van een referendum: het peilen en betrekken van de bevolking bij bepaalde politieke vraagstukken.
Door de bevolking meer opties voor te leggen (waarbij het niet gaat om een definitieve keuze voor of tegen iets), wordt meer recht gedaan aan wat er mogelijk allemaal onder de mensen leeft.
Dankzij de veelkleurigheid van de uitkomsten ontstaat er dan bovendien minder snel een krampachtige situatie, waarin de politiek wel moet luisteren naar dat ene van twee tegengestelde standpunten, dat de meerderheid heeft gehaald in het zogenaamd ”raadgevende” referendum.

Kortom, laten de politici van de lidstaten van de EU zich spoedig grondig bezinnen op de vraag wat de toegevoegde waarde van een referendum al dan niet is, en op welke wijze hier in de toekomst mee omgegaan dient te worden.