Nu ik dit schrijf speelt zich een enorme tragedie af op de Griekse eilanden.
Medemensen, met wie gesold wordt, en over wier rug een machtsspel wordt gespeeld.
Het is in- en in-verdrietig om te zien wie hier het slachtoffer van zijn: vele vluchtelingen, onder wie ook nog eens een groot aantal kinderen zonder ouders of hulp.
Wie de moeite wil nemen, moet lezen wat Stichting Vluchteling schrijft, over wat er nú gaande is.
Ook de scriba van de Protestantse Kerk, ds. René de Reuver, heeft hierover geschreven.
Drie vragen die bij mij rijzen:
1. Als we ons (terecht) zorgen maken om Corona (óns welzijn), moeten we ons dan niet minstens zozeer bekommeren om het lot van de vluchtelingen aan onze Europese grenzen (hún welzijn)?
2. Weten we de Griekse eilanden wél te vinden voor onze vakanties, maar laten we de vluchtelingen daar aan hun lot over?
3. Weten we het Malieveld wél te vinden als het om eigenbelang gaat, maar komen we voor onze naaste niet in de benen?
Het is verschrikkelijk om te zien hoe weinig we nu, als het erop aankomt, bakken van:
”Je zult je naaste liefhebben als jezelf” …
1. Laten we bidden voor onze (nationale en Europese) politieke leiders, dat ze hun hart zullen laten spreken.
2. Laten we de politiek aanspreken.
3. Laten we ook zelf de organisaties steunen die de mensen in nood helpen.
Laten we doen wat we kunnen doen.
En dat is veel!